Homoseksualiteit onder dieren komt veel vaker voor dan gedacht en het is een biologische aanpassing die noodzakelijk kan zijn. Dat blijkt uit een nieuw onderzoek over dieren met dezelfde sekse door Amerikaanse onderzoekers.
Volgens één van de onderzoekers kan homoseksueel gedrag selecterend werken, doordat sommige dieren niet in aanmerking komen om te paren. Zo blijven bijvoorbeeld de 'sterke' mannetjes over om voor nageslacht te zorgen. De homoseksuele gedragingen lopen uiteen en dat is volgens onderzoeker Bailey bewijs voor hun theorie dat homoseksualiteit een biologische functie heeft.
Bij sommige dolfijnensoorten bijvoorbeeld wordt het groepsgevoel gestimuleerd door homoseksuele activiteiten van mannetjes. Terwijl albatrosvrouwtjes weer bij elkaar blijven, omdat er te weinig mannetjes zijn. En bij fruitvliegen werkt het weer anders. "Die missen een gen waardoor ze geen onderscheid maken tussen mannetjes of vrouwtjes", aldus Bailey. Hij zegt dat dit onderzoek aantoont dat homoseksualiteit onder dieren verder gaat dan de bekende verhalen over bonobo-aapjes. Bailey en zijn collega Zuk willen aanvullend onderzoek doen.
Bron: NOS